
Schaamte
Wegzakkend in vertwijfeling vanwege gehoorzaamheid eisende verveemding… geeft het kind zijn oorspronkelijke speelsheid op.
Overleving lokt naïef zijnsbesef mee in een beweging van voorwenden en ontkennen. Van daaruit ontstaat een geweten, dat aan de hand van aangereikte kennis het gedrag beoordeelt.
Vervreemding van waarheid ontstaat, een jacht naar betekenis begint. Onvrede wordt opgemerkt, die bij nader onderzoek eenzaamheid blijkt te zijn. De hunkering naar liefde wordt (h)erkend.
Diepe lagen van pijn dienen zich aan, die ontstonden door ontkenning van intuïtief weten. Liefde werd verloochend om mee te kunnen doen in het spel der persoonlijkheden.
Zijnsbesef ziet de verdwazing daarvan. Het herkent de aangeleerde schaamte voor iets dat niet in een idee of concept is te vatten… leeftijdloze, ongeboren waarachtigheid uit de Ene Bron.
Dat is de ene Onschuld, die spontaan het Leven aangaat… er mee samen spelend… in een tijdloze dans van tijdelijkheden. Het slachtoffer is doorzien, in zijn drang om met schaamte het besef in een hoekje van verwijt gevangen te houden.